De soortenrijkdom in de open landbouwgebieden van Noordrijn-Westfalen gaat al jaren achteruit. Het voornoemde probleem kan ook in het Bergisches Land worden geconstateerd. Al geruime tijd bespreken biologische stations en lagere landschapsautoriteiten concepten voor maatregelen om ernstig verarmde open gebieden te verrijken. Het is en blijft duidelijk dat het momenteel niet mogelijk is zaden te verkrijgen uit de zaadpool van wilde kruidensoorten in de bergen. Het opstarten van een project om autochtone zaden te verkrijgen en te verspreiden heeft dan ook grote belangstelling gewekt bij de landschapsautoriteiten en het Landschaftsverband Rheinland, dat het project sinds 2018 financieel ondersteunt. Samen met de biologische stations Mittlere Wupper, Rhein-Berg en Oberberg werkt het natuurpark nog tot 2022 aan het project.

Doelstelling van het project

Het doel is om kleurrijke, soortenrijke weiden, akkers, akkerranden en groene ruimten in stand te houden en te herstellen door de productie van regionaal zaaizaad. Regiosaatgut verwijst naar zaden van plaatselijk voorkomende (autochtone) soorten die typisch zijn voor de natuurlijke habitat.

Inhoud van het project

In het project moeten ongeveer 50 autochtone wilde kruidensoorten worden gekweekt en vermeerderd uit de genetische pool van moederplanten uit het Bergisches Land voor permanente verspreiding. Het doel op lange termijn is dat het project na afloop van de financieringsfase door de LVR economisch zelfvoorzienend wordt.

Nadere informatie is te vinden op de website www.bergisches-saatgut.de of op de onderstaande projectfolder.